Een overzicht van de belangrijkste punten van het pensioenakkoord waar de vakbonden FNV en CNV zich achter hebben geschaard.
Afgesproken is dat de AOW-leeftijd tot 2022 wordt bevroren op 66 jaar en 4 maanden. Daarna zal de leeftijd waarop je met pensioen kunt langzamer stijgen dan voorheen beoogd. Zo zal de AOW-leeftijd pas in 2024 op 67 uitkomen, waar dat aanvankelijk al in 2021 moest gebeuren. Vanaf 2025 stijgt de pensioenleeftijd met acht maanden per jaar dat de levensverwachting stijgt, en niet meer met een volledig jaar.
Mogelijkheid om eerder te stoppen met werken
Mensen met zwaar werk krijgen de mogelijkheid om eerder te stoppen door afspraken in de cao. Voor bepaalde groepen worden afspraken gemaakt waardoor werknemers tot drie jaar voor de AOW-leeftijd kunnen stoppen. De boete die stond op eerder stoppen wordt deels geschrapt.
Geen absolute zekerheid over hoogte pensioen
Er wordt niet langer vastgehouden aan absolute zekerheid over de hoogte van de pensioenuitkering. Pensioenen kunnen in goede tijden gemakkelijker worden verhoogd, en in slechte tijden sneller verlaagd. Door het pensioenakkoord lijkt de kans kleiner te worden dat enkele grote pensioenfondsen mogelijk volgend jaar al kortingen moeten doorvoeren. Minister Wouter Koolmees van Sociale Zaken heeft aangegeven dat hij vooruitlopend op de overgang naar het nieuwe stelsel de huidige kortingsregels tijdelijk wil aanpassen om de kans op kortingen op de korte termijn te verkleinen.
Doorsneesystematiek verdwijnt
Ook verdwijnt de doorsneesystematiek. Nu is de pensioenopbouw van alle deelnemers deelnemers nog gelijk, waardoor jongeren in principe te veel bijdragen en ouderen te weinig. Dat wordt afgeschaft, dus voortaan bouwen jongeren meer pensioen op dan ouderen. Dit heeft voor mensen van middelbare leeftijd een nadeel. Zij hebben in het verleden te veel bijgedragen, maar zien in de toekomst geen ‘subsidie’ meer van jongeren tegemoet. De vraag hoe zij moeten worden gecompenseerd, is nog een heet hangijzer.
Bron: Servicemanagement.nl en RTLZ.